Mijn hartstilstand tijdens de kleiduivenwedstrijd,
Op 2-de Pinksterdag, 20 mei 2002.
De geregelde bezoekers van mijn site, zullen zeker van mijn totale hartstilstand gehoord hebben.
Voor die het nog niet weten, een kleine uitleg. Die uitleg schrijf ik op dinsdag 11 juni 2002, drie weken nadat ik die stilstand kreeg. Ik moet eerlijk zeggen, dat ik eerder nog te zwak en ook van het gebeurde onder de indruk was, dat het niet bij mij opkwam, eraan te beginnen..
Dinsdag 11 juni 2002.
Vandaag ben ik in staat enkele woorden over het voorval te schrijven.
Ik ben vandaag drie weken en een dag in het ziekenhuis.
Van het binnenbrengen en ook van de hartstilstand op het kleiduiventerrein, weet ik niets. Alleen van het horen zeggen.
Op woensdag 22 mei ben ik pas bij gekomen (of hebben ze mij pas laten bijkomen) en ben ik weer een beetje gaan leven. Ik weet niet precies wanneer ik van intensive care naar afdeling C1 (hartbewaking), kamer 7 ben verplaatst, maar het zal niet lang na woensdag zijn geweest.
Als ik dit schrijf moet mij eerst iets van het hart? En dat is? Dat ik zo'n ontzettend groot geluk heb gehad.
Dat de juiste mensen op het juiste moment op de juiste plaats waren! Waar heb ik dat aan te danken?
Ik weet dat het onmogelijk is om iedereen, die iets voor mij gedaan heeft, op de juiste wijze te bedanken, maar ben er van overtuigd, dat mijn dank en de dank van mijn vrouw en kinderen, onbeschrijflijk groot is.
Voorlopig moet ik er over ophouden, want ik kan het nog niet bevatten, dat ik zo'n groot geluk heb gehad.
.
Ondertussen ben ik al zolang op de hartafdeling (C3) in Roermond, dat mij gevraagd werd een soort enquête (Centrameting) in te vullen. Dat heb ik gedaan!
Persoonlijk vond ik het een slecht begrijpbare centrameting, die vermoedelijk door veel ondervraagden, van verkeerde antwoorden zal zijn of worden voorzien, in elk geval antwoorden die ze eigenlijk niet hebben bedoeld. Gewoonlijk kon je uit 4 antwoorden kiezen en daar was dan net niet bij, wat je er van wou zeggen.
Waarom stond er geen vraag in over de kamers? Bijvoorbeeld de kamer waar ik lag. Daar was maar één douche en één WC bij twee kamers, of wel bij vier bedden. Is dat niet te weinig?
Maar ja? Wie ben ik, omdat te beoordelen.
Dan is er vandaag een nieuw ultra modern bed op de afdeling aangekomen. Volgens de berichten om uit te proberen. Het is bestuurbaar met een soort afstandsbediening. Hoogte en laagte, hoofd-, voet- en middenstuk , allemaal apart te verstellen. Het personeel zegt, dat ze mij als proefpersoon willen gebruiken. Ben benieuwd? Later hoorde ik dat ze op de andere afdelingen al in gebruik zijn. Dat uitproberen is dus een lachertje!
Voor vandaag is dit genoeg.
Woensdag 12 juni 2002.
Gisteravond van dokter van Nes gehoord, dat het misschien wel 4 a 5 weken kan duren voordat ik in Maastricht aan de beurt ben voor een pacemaker en zolang mag ik hier niet weg, moet ik zelfs aan de bewaking blijven. Daar komt nog bij dat eerst de toezegging vanuit Maastricht moet komen, dat ze mij daar accepteren. Hier op de afdeling hebben we ook een verpleger uit Neer. Kasper Derikx van Graedje vanne Bôks is hier aan het stage lopen, hij wil nog hogerop komen. Hij woont in Blerick en was al 24 jaar uit Neer weg, toch had ik hem direct herkend.
Donderdag 13 juni 2002.
Hoi, de toezegging vanuit Maastricht is er en hopelijk gaat het nu niet zo heel lang meer duren, voor ik aan de beurt ben. Dit berichtje was gisteravond laat, nog binnengekomen.
Vanmorgen voor de eerste keer eens kunnen en mogen douchen. Het bewakingskastje mocht er zolang vanaf. Dat douchen geeft na zo'n lange tijd, toch een prettig gevoel.
Voor mij is zoals beloofd toch een nieuw bed geplaatst. Het ligt gemakkelijk en het is in meerdere standen te verstellen.
16.15 u. Bezoek van dokter van Nes met assistente. Voor mij verder geen nieuws, ik zal als het zover is, wél met de ambulance naar Maastricht moeten. In Roermond waren ze in zoverre met mij klaar, dus wachten.
Mijn buurman op de kamer Hans Jansen uit Herten is vandaag naar huis gegaan. Heeft in vijf dagen tijd, met succes een nieuwe (ook zijn eerste) pacemaker ingezet gekregen. Het moet toch wel zo zijn, dat ik een andere (een aparte) ingezet krijg, anders zouden ze het ook wel hier doen!
Later op de dag kreeg ik Baerke Kierkels van Baexem als patiënt naast mij liggen. Baerke is een goede oude bekende (beugelvriend) van mij. We hadden veel bij te praten en hebben dat ook gedaan.
Vrijdag 14 juni 2002.
Van Baerke niet lang wil gehad. Hij kwam van intensive care naar hier en is vanmorgen weer terug gebracht, hij voelde zich niet goed (druk op de borst). Op het bezoekuur kwam de familie van Baerke, toch nog hier op bezoek. Schijnbaar heeft de verpleging de verhuizing vergeten door te geven? Als dat zo is, is dat geen goede zaak. Baerke zijn vrouw eerst en later een van zijn dochters. Zij schrokken tenminste erg. Wie zou ook niet?
Net voor de middag kreeg ik weer een nieuwe buurman. Piet (PJSM) Peeters uit Beegden. Hij is van Swalmen-Boukoul van geboorte. Hij moet hier onder controle blijven, tijdens het wachten op vervoer naar Nieuwe-Gein, dat dinsdagmorgen zal plaats hebben.
Zaterdag 15 juni 2002.
De zuster van de functie, die de hartfilmpjes komt maken, vond dat er veel jonge patiënten op de afdeling liggen. Van de 27, waar zij een hartfilmpje van moest maken, waren er tien geboren na 1940.
Ook valt het op, dat er zeker vijf (die ik weet) aan het wachten zijn op vervoer naar andere ziekenhuizen. Bijvoorbeeld naar Nieuwe-Gein, Eindhoven en Maastricht, waar ik dan zelf bij ben.
Vanavond de laatste pil gehad van een antibiotica kuur. Dát waren pas grote pillen, daar moest ik er twee per dag van slikken. Gelukkig dat ik goed pillen kan slikken.
Zondag, 16 juni 2002.
Vandaag kwam om 10.00 u. de H.Mis vanuit de kapel hier in het ziekenhuis op T.V. Onder de mis komt iemand de communie brengen. Ik heb de mis zo goed en zo kwaad als ging gevolgd en de communie ontvangen.
Onder de H.Mis kwamen ze een hartfilmpje maken en ook nog mij wegen. Dat gebeurd trouwens iedere dag. Alleen had ik gedacht, dat ze vandaag even hadden kunnen wachten, tot de mis uit was.
Vandaag woog ik 99,5 kg. De temperatuur vanmorgen was 37,2.
Baerke Kierkels is ook weer vanaf gisteren terug hier op de afdeling. Hij ligt nu enkele kamers van mij af, ik ben gisteravond na het bezoek nog even bij hem geweest.
Maandag 17 juni 2002,
Vandaag. Maandag! Grote verrassing.
Om half tien stond de afdelingszuster aan mijn bed met de mededeling: Timmermans ga je maar klaar maken, om half elf is de ambulance hier om je naar Maastricht te brengen. Bel je vrouw maar, of ze dat nog kan halen, dan mag ze mee naar Maastricht. Gebeld en ja hoor, Antoinette kon haar nog voor half elf in Roermond gebracht krijgen. Om 10.45 u. werd in Roermond vertrokken en na een snelle (warme) rit, waren wij om 11.30 u. in Maastricht.
Mijn standplaats (bed) werd: afdeling C3, kamer 32 bed 1.
Dat ze niet op alle gegevens van Roermond afgaan, bleek al in de namiddag, er werden al enkele proeven gedaan. Zo werd een hartfilmpje gemaakt en vijf buisjes bloed afgenomen.
An (mijn vrouw) mocht de hele dag bij mij blijven, tot Har en Liesbeth haar 's avonds zijn komen halen.
Om half elf gaan slapen. Daar wordt hier niet zo nauw naar gekeken, dat kun je met je kamergenoot regelen. Mijn kamergenoot heet Gerard van der Heijden en is uit Sas van Gent. Hij is al vanaf woensdag 12 juni hier. Wij kunnen het goed samen vinden, ondanks dat hij een stuk jonger is, 38 jaar.
Dinsdag 18 juni 2002,
Om 7 uur werd ik al wakker. Gewoonte uit Roermond! Voor acht uur zie je hier niemand op de kamer, of je zou iemand nodig (en gebeld) moeten hebben. Het is gek, maar hier zijn hele andere regels dan in Roermond. Niet dat het storend werkt, maar het is gewoon anders.
Tien minuten over zeven zat ik al op de W.C. mijn grote behoefte te doen, daarna mij kunsttanden gepoetst en ingedaan en me geschoren.
Rond half negen komt het ontbijt. Het bestellen van eten, gaat hetzelfde als in Roermond, vanaf vandaag kan ik hier ook steeds, het eten voor de volgende dag kiezen. De lijsten wijken op sommige punten een beetje af, maar in grote trekken zijn ze gelijk. De etenstijden, die zijn heel anders. Zo komt het middageten hier pas omstreeks 13.00 (een) uur. Omstreeks tien uur word hier pas getemd en de bloeddruk gemeten, dat is ook al weer heel anders. In Roermond werd omstreeks elf uur met bouillon rond gegaan, hier kun je die vragen als ze met drinken rond komen. Dan krijg je oplosbouillon. Smaakt toch ook wel goed. Met dranken wordt geregeld rondgegaan. Meestal neem ik appelsap. Op beide systemen geen klachten, ik constateer alleen de verschillen.
Tussendoor vanmorgen ook weer een hartfilmpje gemaakt en ze zijn mij komen halen voor rontgenfoto's van de longen. Na de middag (omstreeks twee uur) kwamen ze mij halen voor een echo van het hart en voor een looptest. Die looptest, die viel mij ontzettend tegen. Oh, oh, wat een slechte conditie! Nee, geen spiertje conditie had ik. Dat vond ik ontzettend erg! Maar ja? Dikke bult, eigen schuld! Te weinig beweging gehad, zeker voor die hartsattaque en er na ook.
Bij terugkomst op de kamer, een grote verrassing: er was bezoek. Jos Geraets uit Best zat op mij te wachten. Hij was in het Rijksarchief geweest en dacht: ik ga op de bonnefooi kijken of ik bij Piet kan komen en zoals gezien, lukte dat. Ja, dat moet gezegd, daar zijn ze hier zeer soepel in.
Zoiets breekt de dag toch een beetje. Hij had de nieuwe uitgave van Oos Naer (nummer 12 van juni 2002) voor mij bij zich. Het is weer een pracht uitgave, waar de redactie gerust trots op kan en mag zijn..
's Avond, An met Karien op bezoek geweest. Doet toch steeds weer goed, dat ze allemaal zoveel voor mij over hebben, niemand uitgezonderd.
Dat zou ik nog vergeten te vertellen? Hier mag ik echt en alleen douchen. Het bewakingskastje gaat er zolang vanaf. Wel moet ik zeggen wanneer ik ga douchen en ik mag de deur niet afsluiten. Als ik dan klaar ben met douchen gaat de bewaking (pleisters met knippers, waar de kabels van de zender op aangesloten worden) er weer op en gaat het leven gewoon verder. Tot zover het nieuws van vandaag.
Woensdag 19 juni 2002.
Vanmorgen werd ik pas om kwart voor acht wakker, was natuurlijk 's nachts wel een paar keer wakker geweest, maar al met al zeer goed geslapen. Het gewone ritueel: eerst naar de W.C., dan de tanden in en scheren. Om half negen kwam het ontbijt en om die tijd ook de medicijnen, daarna was het voor ik kon douchen, wachten op het maken van een hartfilmpje. Voor 10 uur was dat ook weer gebakken en kon ik de douche in. Eerst de pleisters er weer af en na het douchen de nieuwe weer aanbrengen en het kastje aansluiten.
Het bleek, dat tijdens mijn douchebeurt de bloedbank er was geweest, ze moesten weer eens bloed hebben van mij. Ik wist van te voren niet, dat ik bloed moest geven, anders had ik daarop gewacht. Nu kwam de laborante een tijdje later terug. Eigenlijk (volgens haar collega zei ze) moest ze zes buisjes bloed hebben. Ik zei: willen jullie soms kèrboet (voor die niet weet, wat dat is, dat is balkenbrij) maken? Nee zei ze, mijn collega heeft het wat ruim genomen, met vier heb ik ook genoeg. En zo geschiede. Of zij het heeft begrepen van die "kèrboet"? Daar zal ik wel nooit achter komen!
In de middag kwam mevrouw dokter Kuypers (afdelingsarts) mij het een en ander vertellen. Zij vertelde mij, dat mijn onderzoeken in zo verre voltooid waren. Op grond daarvan worden de medicijnen aangepast en dan kom ik de volgende week (dag en uur is nog niet bekend) bijna zeker aan de beurt voor de implantatie van een ICD (een inwendige defibrillator).
Op het bezoekuur was mijn An er met Henk en Antoinette. Het doet werkelijk goed te zien, hoeveel al de kinderen en kleinkinderen, voor ons over hebben!
Donderdag 20 juni 2002.
Vannacht niet zo goed geslapen als de vorige nacht, ofschoon dat ik toch niet mag klagen, want het heeft, ergens in de nanacht geonweerd en er moet veel regen gevallen zijn. Daar heb ik niets van gemerkt.
Was wel een beetje eerder wakker. De ochtend handelingen zo goed als hetzelfde als anders afgewerkt. Eerst naar de W.C., dan tanden poetsen en indoen, scheren, ontbijt, pillen innemen, wachten op het hartfilmpje (is ondertussen geweest) en nu om tien uur zou ik het spuitje in de buik moeten krijgen (dit vanwege de aanpassing van de medicijnen vanaf gisteren). Dat spuitje krijg ik nu vanaf gisterenavond tweemaal per dag, telkens om tien uur. Ik zou eigenlijk willen gaan douchen, maar wacht op dat spuitje. Het is 10.15 u. en ik zal eens gaan kijken waar ze blijven. Op de gang is niets te zien. Het zal wel iets later worden; met het ontbijt en de pillen waren ze vanmorgen ook later. Om half elf kwam het spuitje. Daarna ben ik gaan douchen.
Bij terugkomst stond dokter Kuypers met de dienstdoende afdelingszuster en een volontair bij ons op de kamer. Ze kwam vertellen, dat de acupril vanaf nu verhoogd wordt van 10 naar 20 mg quinapril. Mij zegt dat niets, ik slik maar wat ze me geven. Ik verlaat er mij op, dat de doktoren weten wat ze doen.
15.00 u. Ik wilde aan mijn (dit) verhaal verder gaan, maar kreeg geen kans. ICD-verpleegkundige Irene Braeken was er om mij in te lichten, wat er de volgende week en ook daarna, zoal gaat gebeuren. Daarvoor nam ze mij mee naar een aparte kamer, waar we alles op ons gemak konden doornemen. Wat is dat een goede verpleegster! Geschapen voor haar vak. Ze kan goed luisteren en nog beter alles uitleggen. Ze had er een boekje bij, maar daar staan veel geleerde woorden in, die zij op een gemakkelijke manier uitlegt. Zij had zelfs een stencil gemaakt, met de belangrijkste gegevens over het plaatsen van zo'n ICD en ze vroeg aan mij? Kijk jij die eens na en plaats dan eventuele op- en/of aanmerkingen. Ik heb die van haar goed gelezen en daarna besloten een nieuwe, voor iedere hartpatiënt leesbare en goed te begrijpen stencil, op te stellen. Toen ik mijn verhaal klaar had, heb ik het op een diskette gezet en haar gegeven. Voor dat de uiteindelijk stencil uitkomt, zal ze wel zelf moeten beslissen welke van de veranderingen zij gebruikt en/of toepast. Later heeft zij mij (Irene) laten weten, dat ze zeer blij was met mijn aanvullingen. De nieuwe verbeterde stencil heb ik echter nog niet gezien.
Tussendoor telefoon van Liesbeth gehad. Mooie geste van Liesbeth, het breekt de dag een beetje! Moeder An was koffie bij haar komen drinken. Het doet toch zo goed, te weten, dat jullie allemaal zo veel voor haar en ook voor mij over hebben.
Later, op het avondbezoek kwamen Bas, Peet en An op bezoek.
Vrijdag 21 juni 2002.
Ochtendritueel gelijk aan de vorige dagen, trouwens de hele dag is gelijk. Geen extra onderzoeken.
Bezoek van Karien, Liesbeth, Jenet en An.
Onder het avondbezoek, Karien, Liesbeth en Jenet waren even naar onder om iets te drinken, kreeg mijn kamergenoot Gerard van der Heijden, plotseling een hartritmestoornis. Zijn polsslag ging plotseling naar 190. Hij zat op bed en voelde zelf iets aankomen, hij keek omhoog naar de monitor en zag zelf die hoge polsslag. Vanaf mijn plaats (ik zat met An aan de tafel) zag ik, dat hij zeer rood keek. Sneller als dat ik het hier kan beschrijven, stonden er drie verplegende aan zijn bed. Het was goede hulp, iedereen wist precies wat gedaan moest worden. In de kortste keren was er ook een arts aanwezig. Gerard werd daarna even naar intensive care gebracht. Dat gebeurde, omdat hij onder een kleine roes (narcose) een paar elektrische schokken toegediend moest krijgen, dat is om het goede ritme weer terug in het hart te krijgen. Omstreeks 22.00 uur was hij weer opgeknapt en terug op onze kamer. Hij mocht van geluk spreken, hebben ze hem verteld, dat hij het ook op het juiste moment op de juiste plaats gekregen heeft. Het had niets met zijn huidige ziekte te maken. Dat wat nu gebeurd is, had al veel eerder maar ook een keer later, kunnen gebeuren. Het brengt alleen consequenties voor zijn verdere behandeling mee, b.v. welk soort kastje (ICD) hij nu zal krijgen. Zoiets, geeft toch even schrikken.
Zaterdag 22 juni 2002.
Voor ons patiënten een zeer rustige dag. Vandaag kwam ik er achter, dat wij hier ook een Neerse (tenminste van geboorte) verpleger hebben, n.l. Frans Geerets. Het is een zoon van Harie en Moeke die indertijd op de Lindenlaan woonden. Harie werd niet Geerets genoemd, maar ging als Harie van Sanders door het leven. Voor die het nu nog niet weten? Harie was een broer van Sterke-Sef. Voor zo ver ik hun afstamming op mijn laptop heb staan, heb ik Frans een uitdraai gemaakt van de familie Geerets en op een diskette gezet.
Het is toch sterk, men kan komen waar men wil, overal tref je Neerse mensen aan. Zo klein is de wereld!
's Middags werd ik verrast door Tonny van Pieèr Derikx van de Waije. Hij woont hier in de buurt in Bunde.
Hij was geweest fietsen en dacht: ik ga even bij Piet aan, tenminste als ik bij hem kan komen en dat lukte. Hij had van mijn ziekte gehoord op het 40-jarig huwelijksfeest van Sef en Leen Silvrants-Rijs, waar hij geweest was. Later kwam An met Marco en Nan ook nog op bezoek.
Zondag 23 juni 2002.
Vannacht zijn verschillende nieuwe patiënten binnengekomen, waarvan er volgens mij een is overleden. Daar hoor je niks over, maar ik dacht het te merken aan van alles. Heel veel haastig bezoek, veel geloop van verplegende en dokters, huilende mensen en veel gepraat.
Ik had om de H.Communie gevraagd. Om half elf werd ze mij gebracht. Ik wist toen nog niet, dat men hier de H.Mis ook op TV kan volgen.
Fer en Laurie met Amber hadden An in Neer opgehaald en kwamen samen op bezoek. Het laatste half uur zijn wij in de recreatieruimte geweest. Omstreeks 22.00 uur belde An nog even om welterusten te wensen (doet ze trouwens elke dag even) en vertelde, dat Fer eerst Laurie met de kleine naar huis in Wessem had gebracht (Amber was in slaap gevallen) en toen haar nog naar Neer. Zij was toch alweer even na half negen in Neer geweest. Om 23.00 uur ben ik gaan slapen, eerst een poos wakker gelegen, maar nadat ik in slaap ben gevallen, doorgeslapen tot 7 uur.
Maandag 24 juni 2002.
Van 7 tot 8 uur in bed liggen mijmeren, toen kwamen ze de gordijnen opentrekken en de handdoeken brengen. Al vroeg (al voor 9 uur) kwamen ze vandaag bloedprikken (2 buisjes), hartfilmpje maken en even later kwamen ze al tempen en bloeddruk meten. Tussen 8 en half negen had ik al toilet gemaakt. Irene Braeke, de ICD specialiste was toen ook al bij ons op de kamer. Het is gek, hoe verschillend het hier kan zijn. Om tien uur moet ik een bloedverdunner toegediend krijgen (spuitje in de buik). Het is nu 11.20 uur en ze zijn er nog niet geweest. Ik ben geweest vragen, waar ze bleven? Komen zo, was het antwoord. Ik geloof wel dat het in een keer druk is geworden op intensive care, er liepen dokters en ik zag een nieuwe patiënt daar binnen brengen. Irene de zuster van de ICD's komt even zeggen, dat ze de diskette nog eens bekeken heeft en dat het prima was, wat ik voor haar gemaakt heb, maar dat ze nog geen tijd heeft gehad om het verder uit te werken. Ondertussen 11.25 uur ook mijn spuitje gehad. Nu is het wachten op het middageten. Toch nog even een verrassing. Bezoek van Pietje en Len Dirkx-Verhaegh van Hanssum. Piet moest hier in het ziekenhuis op controle met zijn knie. Hij heeft hier ook gelegen. Ze hadden gevraagd of ze mij even mochten bezoeken en dat mocht. Zodoende!
In de namiddag kwam dokter Kuypers met een paar volontairs op bezoek. Voor mij had ze slecht nieuws zei ze. Het is gek, dat je gedachten dan direct naar het ergste uitgaan. Ik dacht al aan, dat ze mij niet zouden kunnen helpen, maar dat was het niet: ik kwam deze week zeker niet meer aan de beurt. Met andere woorden: weer wachten. Gelukkig heb ik tijd genoeg. An heb ik het direct (telefonisch) laten weten, dan was ze er op het bezoekuur al op voorbereidt. Zij heeft het de kinderen laten weten. Karien belde even op. Of ik het niet erg vond? Haar uitgelegd dat hier wachten niet zo erg is, als onder de grond tussen vier plankjes liggen.
Karien komt woensdag weer, vermoedelijk met de jongens.
Gisteren na het avondmaal ging ik naar de recreatieruimte, daar zat een patiënt uit Geleen stiekem te roken. Ik heb hem gewezen op de consequenties, als ze hem betrapten. Hij kon het niet laten, was zijn antwoord. Laat ik nu vandaag (ook weer na het avondeten) hem weer betrappen. Hij wou het verborgen houden en vroeg? Of ik al iets gehoord had over mijn operatie, hij was woensdag aan de beurt. Ik heb hem als antwoord gegeven: dan moet je toch maar goed uitkijken, anders ben je woensdag thuis in plaats van op de operatietafel.
's Avonds zijn Har, Liesbeth, Jenet en An op bezoek geweest. We zijn later weer even naar de recreatieruimte geweest.
Dinsdag 25 juni 2002.
Hetzelfde ochtendritueel: acht uur de gordijnen open, dan W.C., tanden, scheren, ontbijten, pillen, tempen, bloeddruk en een hartfilmpje. Nu is het half tien en ik ga kijken of ik me kan douchen. Om tien uur krijg ik weer een spuitje (bloedverdunner). Spuitje kwam pas om 11.10 uur. Kwart voor een was het etenstijd, ik had een blindevink met mosterdsaus en spitskool besteld, het was lekker!
Om half twee de voetbalwedstrijd Duitsland-Korea op T.V. Duitsland is gewonnen met 1-0.
Onder die wedstrijd (helemaal op het eind) kregen wij hier op de kamer bezoek van het hoofd van de afdeling, dokter de Swart begeleidt door dokter Kuypers en een volontair. Voor mij had hij de woorden: jij ligt hier ook maar geparkeerd, we zullen proberen in de loop van de volgende week een plaatsje vrij te maken. Kijk, dat woordje "proberen", dat geeft hun natuurlijk weer alle mogelijkheden. Dus zal ik me nog maar niet te blij maken. Vandaag waren Antoinette en Henk met An en mijn broer Gerla op het bezoekuur.
Woensdag 26 juni 2002.
In de handelingen was vanmorgen geen verschil. Bloedprikken hoefde vandaag niet.
Onder het ontbijt kwam Irene Braeken binnen, die was al aan haar ronde bezig. Voor mij had ze goed nieuws: het is bijna zeker, dat ik maandag geholpen wordt. Dan kon zij er ook bij zijn, dat had ik haar tijdens ons groot inlichtingengesprek gevraagd. Dat geeft, omdat het bij mij onder verdoving moet gebeuren, een geruster gevoel. Het is echt een vrouw, die je gerust kan stellen. Er zal iets heel aparts moeten gebeuren, wil het op maandag niet doorgaan, anders had Irene het niet verteld. Zij is niet de vrouw om valse hoop te geven.
Nu komt er dan gelukkig schot in.
Ondertussen weer even gestopt met schrijven. De poetsvrouw kwam op de kamer. Van maandag tot en met vrijdag is het steeds dezelfde die deze afdeling poetst. Ze heet Charlotte en is uit Indonesische ouders in Nijmegen geboren. Zij woont samen met haar Nederlandse vriend hier in Maastricht in de Heeg, zowat vijf minuutjes van het ziekenhuis vandaan. Zoiets komt men te weten, als men met zo'n vrouw een paar woorden wisselt, de meeste doen dat echter niet.
Na de middag kwam dokter Simone Kuypers met een stuk of drie volontaires ons bezoeken. Eerst ging ze bij mijn maat, die bezoek had van zijn vrouw met hun dochtertje en de vader van haar, dus Gerard zijn schoonvader. Voor Gerard wist dokter Kuypers, dat hij morgen de looptest moet doen. Voor mij had ze geen nieuws, meende ze. Dan heb ik nieuws voor U, zei ik: maandag gaat het gebeuren!
Toen bleek, dat ze het wel wist. Ze had het van veraf horen zeggen, maar omdat het nog niet voor 100% zeker was en zei niet wist of het mij al door iemand verteld was, had zij in eerste instantie gezwegen.
Vanavond was Karien met moeder An op bezoek. De jongens van Karien zouden eerst meekomen, maar waren op het laatst toch weer beiden verhinderd. Toine was met zijn vader Jo een crossmotor, die hij gekocht heeft, halen. Na het bezoek belde Liesbeth nog even op. Zij wist te vertellen dat ome Tjeu Geraets vanmiddag op Hornerheide was overleden. Tante Bertha de vrouw van Tjeu, die nog in Beek en Bos in Heythuysen was, gaat morgen naar Hornerheide, zo is mij al verteld. Zo kan in het leven op zeer korte termijn, veel veranderen.
Donderdag 27 juni 2002.
De morgen begint als alle anderen de laatste tijd. Ja! Het is nu wachten op maandag, dat zal de grote dag zijn.
Na het middageten heb ik hier achter de balie, even naar mijn site op internet mogen kijken. Ik zag, ondanks dat ik er van tweede Pinksterdag niets meer aan heb kunnen toevoegen, dat er nog steeds mensen kijken. Ik vind dat vertrouwen geweldig en zal ook zo gauw als het mogelijk is, mijn dagboek aanvullen, b.v. met dit verslag over mijn ziekte en het verblijf in de ziekenhuizen.
Het is nu, als ik dit schrijf 17.45 uur, het avondeten hebben we net achter de kiezen en nu is het wachten op het bezoek. Op de televisie is de hele middag tennissen op Wimbledon te zien geweest. Eerst heb ik Sluiter zien verliezen, daarna de Belgische Kim Cleijsters en nu is Sjeng Schalke bezig. Die heeft toch wel betere papieren, zo te zien. Op het avondbezoek kwamen Pé met Peet en An. Ze wisten ook niet veel nieuws.
Peet had mij de vorige week verteld, dat ze met iemand van de gemeenteraad (Joeri) naar een bijeenkomst van de Limburgse Jagers kon gaan. Zij had van bij ons thuis nog een oud lepeltje van die Jagers. Laat ze daar nu de man treffen, die het museum van die Jagers beheerd en die haar vertelde, dat ze dat lepeltje niet hadden. Peet heeft het hem voor de goede zaak gegeven. Hij was er zeer blij mee. Peet dat was een goede geste van je.
Vrijdag 28 juni 2002.
Wat kunnen die nachten toch verschillen. Gisterenavond om half twaalf gaan slapen. Om een uur werd ik al even wakker (gebeurde er iets op de gang?), daarna werd het vijf uur dat ik weer wakker werd. Toen heb ik een hele poos wakker gelegen. Eenmaal weer in slaap? Ga ik er doorheen tot kwart over acht, toen kwam de verpleging op de kamer en werd ik pas wakker. Ik kon voor het ontbijt nog gauw naar de WC en mijn tanden poetsen. Scheren haalde ik niet meer, dat komt nu later aan de beurt. Onder het ontbijt kwamen ze al voor het hartfilmpje, getempt was er toen al. Direct na het ontbijt stonden ze al met de weegschaal voor mij, ik woog 97 kilo volgens dat ding. Ik geloof echter niet, dat het ding goed werkt. Het is nu half tien en ik ga mij scheren, om tien uur moet ik weer een spuitje krijgen (bloedverdunner), tegen trombose. Die gemoedelijkheid hier, daar moet men rekenen mee houden, die spuit kan ook pas om elf uur komen. We zullen het zien!
Nu is het vijf over tien en de spuit moet nog steeds komen, wel ondertussen geschoren. Onder het scheren (aan de wasbak op de WC) hoorde ik vragen naar Timmermans. Gerard mijn kamergenoot hoorde ik zeggen, dat ik op de WC was. Toen klopte iemand op de (niet afgesloten) deur. Toen ik me meldde zei de verpleegster: dan is het goed. Ik had ondertussen de deur al open en zag dat er ook nog een broeder bij was. Op mijn vraag? Wat er dan was? Zei ze: niets, ik wou alleen maar even kijken. Dat is/was natuurlijk een leugentje om best wil. Ik durf te wedden dat ze op de monitor iets gezien hebben, een overslag van het hart of iets anders. Bij latere navraag bleek het een kleine technische storing te zijn geweest, had niets met mijn hart te maken. Het doet toch goed, dat de bewaking hier attent is en zo snel reageert. Dit doet mij denken aan een voorval dat ik nog niet vermeld heb. Ik weet niet meer welke dag het was. Ik zat aan de tafel te eten, toen in een keer een broeder bij mij stond met de vraag? Voelt U zich wel goed? Mijn antwoord was: ja, waarom? Omdat Uw polsslag zo juist maar 38 was, nu is hij weer hoger, was zijn antwoord. Ik had zelf niets gemerkt.
Om kwart over elf kwam doktersbezoek: cardioloog de Zwaan met dokter Kuypers. Er moet nog zuurstofrijk bloed bij mij afgenomen worden (ze moeten dus weten hoeveel zuurstof er in mijn bloed zit) en omdat dat uit een slagader moet komen, moet dat door dokter Kuypers afgenomen worden. Schijnbaar mogen de gewone verpleegkundigen dat niet. Daarna ging alles snel: eerst het spuitje (11.25 uur) dat ik om 10 uur had moeten krijgen, daarna was dokter Kuypers er voor dat zuurstofrijk bloed en voor dat ik dit alles opgeschreven kon hebben, was het etenstijd. Na het eten ook nog geen rust. Al gauw stond een longspecialist aan mijn bed, die mij het hemd van mijn lijf vroeg, b.v. ook over al mijn ziektes van vroeger, of ik vogels had of gehad had. Toen hij hoorde dat ik 40 jaar duiven had gehad, reageerde met: o dan! Hij moest alles weten in verband met een paar plekjes (lidtekentjes) die op de foto's van de longen te zien waren, hij was benieuwd of die van kort geleden of dat die er al eerder waren geweest? Hij zou oude foto's in Roermond opvragen.
Hij heette Freek Cox en zijn opa woonde nog in Tegelen. Na zijn bezoek even gaan rusten. Na een half uurtje was er bezoek: Sjaak Boonen was met de trein naar Maastricht gekomen en kwam mij bezoeken. Gezellig een paar uurtjes gekeuveld. Natuurlijk komt zo'n gesprek automatisch op de kerk en haar bestuur uit. Ik heb hem verteld, dat ik het ook niet met onze pastoor eens ben. Niet dat ik perse bezoek van hem moest hebben, maar hij had toch wel iets kunnen laten horen. Met andere woorden: hij kan zich beter met zijn parochianen bemoeien, als met een boek schrijven over een bedevaartsoord en zich druk maken over Harry Potter.
Toen ik Sjaak uitgeleide had gedaan, stond verpleger Leon Joosten alweer klaar om met mij naar de röntgen te gaan, een paar foto's maken. Dokter Freek Cox had hier om gevraagd. Daar waren wij nogal snel van terug, er was maar een wachtende voor ons. Terug op de kamer was het avond etenstijd Op het moment dat ze met het eten aankwamen kwam ook de vrouwelijke arts, dokter Barbara Dijkman kennis maken. Het is de dokter, die de operatie bij mij uitvoert. Ik wist dat haar werktijd er eigenlijk al om 12.00 uur op zat en dan na 17.00 uur nog een patiënt komen bezoeken om kennis te maken? Dat is pas de goede geest die in dit ziekenhuis heerst, weergeven. Ze had zelfs nog de tijd om enkele vragen te beantwoorden, ook aan mijn kamergenoot Gerard van der Heijden, die ze al eens geopereerd heeft.
Dan ga ik nu wachten op het bezoek. Op het avondbezoekuur kon ik Karien met An begroeten. Er was geen extra nieuws in Neer. Karien gaat morgen naar de TT van Assen.
Zaterdag 29 juni 2002.
Weer een dag dichter bij de bevrijding zeiden wij tijdens de bezetting in 1940-44. Zo voelt het nu ook aan, of als ik aan Sinterklaas denk? Nog twee nachtjes slapen. Dan zal het moeten gaan gebeuren. Ik wacht alles met een gerust hart af, alles wordt hier zo goed nagekeken, dat er bijna niets mis kan gaan.
Vannacht ondanks een nieuwe patiënt op de afdeling, die schijnbaar onrustig was, goed geslapen. In mijn hazenslaap hoorde ik het personeel geregeld goede raad geven: liggen blijven; je mag niet op en zo meer. Om half acht werd ik pas goed wakker. Nog tot vijf voor acht liggen mijmeren, toen ben ik opgestaan en ben ik aan het gewone morgen ritueel begonnen. Voordat het ontbijt om half negen kwam, hadden ze al de temperatuur- en de bloeddruk gemeten. Beiden waren goed 37.1 en 124 tegen 64. Even mijn verhaal moeten onderbreken, de verpleegster met het apparaat voor het hartfilmpje was er. Dat is dus ook gebeurd, nu nog douchen. Maar eerst zal ik het spuitje van 10 uur nog wel krijgen. Ik zal gaan kijken wat eerst kan. Ondertussen alles gebeurd en zullen ze wel zo met het eten komen. Om 13 uur begint het voetballen, daar wil ik toch naar kijken.
Vanavond kwam Har met Liesbeth en Roel op bezoek, ze hadden An natuurlijk ook bij zich. Er kwam ook nog een verrassing, Peer en Anneke Haemans-Emonts met hun kinderen Paul, René en Janneke, die hier in Maastricht wonen kwamen ook even op bezoek. Ze hadden als presentje, het Groot versjesboek van Toon Hermans voor mij bij zich. Een mooi gebaar.
Zondag 30 juni 2002.
De vroege morgen is weer als al de anderen voorbij gegaan. Het is nu kwart over negen en we zijn al met alles klaar. Het is nu wachten op de H.Mis die om 10 uur begint en op kanaal 1 wordt uitgezonden. Onder die mis brengen ze mij de communie. Dat moet men van te voren even vragen.
Gedoucht heb ik nog niet, daar moet ik mee wachten tot vanavond, ik moet dan douchen met Betadine ontsmettingsshampoo. Dat vanwege de (mijn) operatie morgen. Het is nog niet bekend hoe laat ik onder het mes moet, we wachten maar stilletjes af.
Vanmiddag onverwacht bezoek van Felix Bruijnen van de Waije met een van zijn dochters van hem, die hier in Maastricht wonen. Bij die andere dochter was een verjaarsfeestje of zoiets, want daar waren ze eigenlijk op bezoek. Leuk kunnen praten, ook over het beugelen. Felix had iets gehoord over de kunststof banen. Of de bond daar nu zelf mee wou beginnen? In elk geval, er was praat over. Ik ben benieuwd naar het vervolg. Voor de ingewijden: Het zal toch niet waar zijn dat de bond de kunststofbanen nu gaat promoten, nadat ze de beugelvereniging Onder Ons te Neer heeft verplicht, een pracht kunststofbaan af te breken?
Op avondbezoek kwamen Fer met Laurie, Amber en An. Ze zijn niet al te lang gebleven: de familie Munnecom was ziek en hadden braakneigingen. Misschien iets verkeerd gegeten?
Nu is het wachten op het scheren van mijn bovenlichaam, dat moet een verplegende doen en het douchen voor de operatie van morgen. Ik weet natuurlijk nog niet wanneer ik mijn verslag kan vervolgen, we zullen wel zien.
Maandag 1 juli 2002.
8.00 uur. Ik ben er klaar voor. Vandaag gaat het gebeuren. Om 7.00 uur opgestaan: WC, tanden, scheren en toen de douche vrij was, weer gedoucht met Betadine. Nu is het wachten op een infuus aanleggen, dat moet om mij gemakkelijk medicijnen, verdovingsmiddelen, enzovoort te kunnen toedienen. Voordat ze mij komen halen om te opereren, moet ik er al antibiotica door toegediend krijgen. Het is nu gewoon wachten op de dingen die komen gaan.
Vandaag 78 jaren geleden zijn mijn vader en moeder getrouwd, dat viel mij in toen ik 1 juli schreef.
.Dit vervolg schrijf ik op dinsdag de tweede juli. Gistermorgen en later niets meer kunnen schrijven, (ik moest de hele dag in bed blijven) daarom ga ik daar vandaag mee verder. Om kwart voor negen (dus gisteren) stonden twee verplegende aan mijn bed met de mededeling: wij komen je klaar maken om weg te brengen, wil je nog even naar de WC gaan? Dat deed ik natuurlijk, met de gedachte, dan hoef je op de operatietafel niet te plassen. Dat kwam echter anders uit, ik heb op de operatietafel de fles moeten laten aanleggen. Ja! Zo heet dat!
De infuus werd aangelegd en de antibiotica die ik nog voor de operatie moest krijgen, ging er direct door.
Op het bed door de gangen naar de vaatkamer. Daar stonden weer andere verplegende klaar (2 mannelijke en 1 vrouwelijke), om mij klaar te maken voor de operatie. Ofschoon dat de operatie een heel werk was, vond ik, dat het klaarmaken ook een hels karwei was. Je kunt horen, dat het voor het personeel routinewerk is. Ze praten over koetjes en kalfjes, over wat ze in het weekend zoal gedaan hebben, waar ze geweest zijn, en zo voort. Als die alles klaar hebben, komt de chirurg of moet ik cardioloog zeggen? In mijn geval was dat Mevrouw Barbara Dijkman, een niet al te grote maar sterke vrouw, die ik mijn volle vertrouwen had geschonken. Zij was vrijdag, ondanks een zeer drukke en veel te lange dag, toch nog kennis komen maken. Kortom een vrouwtje om respect voor te hebben.
Ondertussen was Irene Braeken (de begeleidster van de ICD's) er ook bij gekomen. Dat had ze mij beloofd. Ze zag er ook heel operatiekamerachtig uit, bijna niet te kennen. Zij is praktisch de hele operatietijd achter mij blijven staan en gaf mij alle nodige inlichtingen en mededelingen. Wat is die goed: "in geruststellen".
Dokter Dijkman zei, dat ze moest beginnen met mij een beetje pijn te doen; met spuiten plaatselijk verdoven.
Ik moet zeggen dat het niet echt tegenviel. Het was zeker goed te voelen. Ook dat ze diep moest gaan, maar echt pijn? Nee, dat viel mee.
Dan begint de operatie. Daar kom je als patiënt niets van te zien, er wordt een doek over je heen gelegd. Daar zit een gat in waardoor de arts of artsen kunnen werken. Voor je gezicht gaat het doek omhoog en wordt het boven over een stang gehangen. Zo kun je alleen maar uit een schuine ooghoek achter je omhoog kijken en daar stond Irene dan. Ik heb het al eerder gezegd: ook hier de juiste vrouw op de juiste plaats. Ze vertelt je precies wat gedaan gaat worden, hoe ver dat ze zijn, noem maar op alles wat nodig is!
Toch moest ik tijdens de operatie weer eens een flater slaan. Ik praatte dus met Irene maar moest een enkele keer, ook aan dokter Dijkman een antwoord geven. Op een gegeven moment, het was tegen het eind (tenminste voor mijn gevoel) van de operatie; ze was net hard aan het persen geweest om iets boven in mijn borstkas te duwen en ik dacht toen het even stil werd: nu zit het kastje er wel in. Het gaf mij de brutaliteit om te vragen? Bent U er mee klaar? Nee zei ze, ik ben nog steeds in je aan het rommelen. Jullie kunnen het nooit raden, wat ik domme hufter, daarop zei? Daarom zal ik het zelf maar zeggen. Ik zei: "Dat is niet zo erg, als dat ik dat bij U zat te doen". Ik kan nog steeds niet begrijpen, hoe mij zoiets uit de mond kon vallen. Ik schrok er echt zelf van. Het zal de spanning van de operatie wel zijn geweest, anders weet ik niet wat mij op dat moment mankeerde. Op het eind van de operatie vertelde Irene, dat ik heel even ging slapen. In die tijd moesten ze nog even iets uitproberen. Vermoedelijk of alles werkte. Toen ik wakker werd lag ik weer mooi in mijn bed en stonden twee verplegende van mijn afdeling klaar om mij te komen halen. Op de kamer, ik was om 13.15 uur terug, heb ik eerst An gebeld (ofschoon dat ik dat later niet meer wist) en nog een uurtje na gesluimerd, af en toe een beetje gedronken en om een uur of vier heb ik om mijn middageten gevraagd, dat hadden ze voor mij bewaard. Ik werd er niet misselijk van, maar mocht toch nog niet uit bed. Om die tijd heb ik An nog eens gebeld, dat bewijst, dat ik van de eerste keer vergeten was..
Op het bezoekuur waren Henk met Antoinette er, ze hadden natuurlijk An meegenomen. Het doet goed, na zo'n vermoeiende dag, toch nog even bezoek te ontvangen.
Bij de mails die nog gekomen waren, was er een van Peter van der Horst. Hij wil foto's van internet halen voor te gebruiken bij iets over of voor de Friedesemolen. Natuurlijk mag dat. Toch wil ik proberen hem te bereiken, om hem te zeggen, dat ik thuis betere kwaliteit heb. Meer pikkels. Ik heb hem nog bereikt. Toen ik bij hem thuis belde en niemand opnam, dacht ik, dan is Truus naar de repetitie en Peter zal wel bij Maneslust zijn voor een vergadering (het bestuur van de zangvereniging vergaderd daar altijd) en zo was het. Ik heb hem verteld, dat ik voor het einde van de week wel thuis zal zijn en dat we dan wel iets regelen. Daarna ben ik gaan slapen, de dag was lang geweest.
Dinsdag 2 juli 2002.
Na de noodzakelijke verzorgingen begon het alweer direct. Al voor het ontbijt werd ik gehaald om een paar foto's te maken, daarvan terug stond ook het ontbijt klaar. Voordat ik er aan kon beginnen, waren ze er weer om op de hartfunctieafdeling het nieuwe kastje (de ICD) zuiver in te stellen. Daarmee klaar? Vroegen ze: of ik al iets gegeten had? Ik kon met nee antwoorden, ik had toch nog geen kans gekregen. Of ik dan nuchter zou willen blijven, dan konden ze 's middags de beslissende proef doen. Natuurlijk was mij dat goed, zoveel eerder kan men naar huis, als tenminste alles goed is. Op de kamer beloofden ze mij, dat ze het middageten weer zouden bewaren. Irene was er omstreeks de middag om de infuus weer aan te leggen, dan was dat tenminste klaar als het zover was. Daarna was het weer wachten en jawel hoor, tien over drie kwam Irene mij halen. Ik kon te voet mee, omdat dat onderzoek hier op de behandelkamer van afdeling C plaatsvond. Ik vroeg? En terug dan? Dan heb ik dat bed allang daar, was haar antwoord. Zo was het ook, toen ik wakker werd, lag ik lekker in mijn eigen bed. Irene kwam al snel de infuus er weer uit halen en met etenstijd kreeg ik mijn middagmaal.
Daarna heb ik de tijd gehad om dit verslag (en een stuk van gisteren) te schrijven.
Er was ook weer bezoek geweest. Jos Geraets uit Best was weer geweest. Hij had niet de tijd gehad om zo lang te wachten. Vanavond kwamen nog op bezoek: Nannie met Peet en Liesbeth en natuurlijk An.
Ik kon hun vertellen, dat ik bijna zeker morgen naar huis zal mogen, er moet eerst nog een test op de longfunctie plaats vinden, hebben ze mij vandaag verteld.
Woensdag 3 juli 2002.
Tot middag was het op onze kamer zeer rustig! Op de afdeling echter niet, daar bleef het een gaan en komen. Niet te geloven, hoe dat hier allemaal gaat. Het kon wel een fabriek zijn. Er komen nieuwe patiënten bij, er gaan er naar de operatiekamer, er gaan er naar de verschillende functies, enz. enz.
Het middageten was daardoor ook laat, het was al één uur voorbij, voordat ze er mee kwamen. Dat van Gerard mijn buurman hebben ze in de koeling gezet, hij moest vandaag nuchter blijven, ik geloof voor een catherisatie. Voor half twee kwamen ze hem al halen, het zou een werkje van een paar uur zijn. Voor mij wisten ze toen nog niets, dus maar weer wachten. Liesbeth belde op, of ik nog niets wist; ik kon haar geen nieuws vertellen. Even later belde An ook nog op; hetzelfde verhaal. Om half drie kwamen ze mij halen. Ik moest naar de longfunctie. Daar werd ik ontvangen door Dhr.Veugen, een echte Maastrichtenaar. Toen hij zich bekend maakte, moest ik denken aan het verhaal van Veugen uit Neer met Toon mijn vader. Ik heb het hem toen ook verteld. Hij kon ook goed luisteren, zoals allen hier, maar of hij het begreep? Dat is de vraag? Ik zal de anekdote, voor hen die het verhaaltje nog nooit gehoord hebben, even herhalen. Het is in onze streek algemeen bekend, dat verschillende Boonense met de Veugense zijn getrouwd. Mijn vader Toon had, als caféhouder en wonende tegenover het gemeentehuis, het voorrecht om telkens getuigen te mogen zijn. De derde keer dat er weer een Boonen met een Veugen huwde, maakte mijn vader de opmerking: Veugen, zo kom je wel aardig tussen de Boonen te zitten. Weet je wat Veugen daarop antwoordde: Ja Toon, je moet je maar weten te veugen! Dit staat hier in mijn beste Nederlands, op het woord 'veugen' na. Ter verduidelijking nog even: veugen is in het Nederlands, voegen. Natuurlijk was dat gesprek helemaal in het origineels Neers plat.
Terug naar de longfunctie. Hij heeft mij van allerlei blaasoefeningen laten doen, later ook nog in een soort telefooncel. Veugen kon mij uiteindelijk geruststellen, het viel allemaal nog wel mee.
Van de longfunctie uit moest ik ook nog weer een longfoto laten maken. Daar was het niet druk, maar al met al was het toch na vier uur voordat ik weer op de afdeling terug was.
Daar een grote verrassing: Gerard, mijn kamergenoot was ook nog niet terug. Het kon niet anders of daar moest iets aparts gebeurd zijn. Toen hij uiteindelijk terug kwam, bleek dat ook het geval te zijn. Ze hadden hem hard onder handen genomen. Hier schrijven wat er gebeurd is, kan ik niet, omdat ik het niet precies weet. Zijn vrouw die vanuit Sas van Gent moet komen en uitgeteld had, hoe laat hij terug op de kamer kon zijn en daarna thuis was vertrokken, zat ook ongerust te wachten. Ja, het was echt erg voor hen.
Ondertussen kwam de nieuwe afdelingsarts Dhr. K.Grosser mij vertellen, dat ik ontslagen werd. Er werd mij verteld welke medicijnen ik moet gebruiken, wanneer ik op controle moet (22 juli voor de eerste keer), enzovoort. Hij bood zijn verontschuldiging aan, dat hij nog niet bij mij was geweest. Hij was van maandag af afdelingsarts (het schijnt dat ze om de zoveel tijd wisselen) en het was zo druk geweest, dat het er niet van gekomen was. Ja! Dat het druk op de afdeling was, had ik met eigen ogen gezien.
Om half zeven kwamen Karien met An. Toen ze zagen, dat ik nog in mijn pyjama zat, zeiden die gelijktijdig: hij mag niet mee! Ik zei? Ik mag wel mee! Nog zelden iemand zo blij gezien als mijn An. Snel mijn kleren aangetrokken, afscheid genomen, naar de auto en zodoende was ik op woensdag 3 juli 2002 na 44 dagen verblijf in twee ziekenhuizen, omstreeks acht uur thuis.
Ik heb niet iedereen die aan mijn herstel heeft meegeholpen, persoonlijk kunnen bedanken, daarom doe ik het vanaf hier. Alle doktoren, broeders, verpleegsters, in mijn verhaal met naam genoemd, of niet genoemd omdat ik de namen niet allemaal kon onthouden, "HARTELIJKE DANK".
Verder wil ik nogmaals allen bedanken, die zoveel medeleven betoond hebben. Dat zijn er zoveel, dat ik ze onmogelijk allemaal persoonlijk kan schrijven. Daarom nogmaals. "BEDANKT" van Piet, An, kinderen, kleinkinderen en achterkleinkind.