Verhaal van Ir. Frans Hautus, hoofdstuk 06.

Wat is veel, Wat is weinig, in afstand of tijd?

Een zaak van hoe je het bekijkt.

Wat veel of wat weinig is, is vooral afhankelijk van het kader waarin we het plaatsen en of we het benaderen met ons verstand of met ons gevoel.

Zo bijvoorbeeld de "schil" van 100 km dik om de aarde die door een stel geleerden tot het bereik van deze aarde is verklaard. Ga je verder van de aarde dan deze 100 km dan ben je in de ruimte.

Staat iemand op de evenaar of op een van de polen en hij kijkt recht omhoog (dus langs een denkbeeldige lijn van het middelpunt van de aarde, langs zijn ruggengraat, naar boven, d.w.z. beide kijken onder een hoek van 90 graden) dan kan de persoon denken: 100 km, dat is een hele afstand daar is de aarde een heel stuk dikker door geworden. Kijk zelf maar eens.

Maar je kunt het ook anders zien. 100 km is zeker een flinke afstand toch is in Nederland nog op menig plaats een mooi  stuk autosnelweg van 100 km dat in een uurtje tijd onder de banden van je auto lekker weg zoeft. Kijk je echter op de TV naar het weer na het nieuws van 20.00h dan zie je geregeld het beeld van het werelddeel Afrika en dit Afrika is GROOT. Dan draait het beeld naar het werelddeel Europa en dit werelddeel is al een stuk kleiner. Ergens bij Engeland ligt het kleine Nederland en in dit kleine Nederland lag dat stukje snelweg van 100 km. Zo bekeken is 100km bijna niets. En inderdaad deze "schil" van 100 km die bij de aarde wordt gerekend is maar een flinter dun laagje zeker als je bedenkt dat het ISS (internationaal ruimte station) op ±400 km afstand om de aarde draait en de maan op ±400.000km. Je ziet 100km klinkt misschien eerst nog redelijk veel maar het is maar een dun schilletje. De troposfeer die voor het weer en het leven op aarde van belang is, is maar ±10 km dik. Een nog dunner laagje. Om dit te demonstreren neemt men wel eens een dikke bal (b.v. volleybal) dompelt die onder water, haalt hem eruit en het laagje water wat dan om de bal blijft hangen symboliseert de troposfeer. Zie daar: echt bijna niks.

Wat ook zo moeilijk te begrijpen is, is de TIJD.
Kijken we ongeveer 1 miljoen jaar terug dan liepen op de aarde al onze voorouders de Homo erectus zoals de Peking mens of Javamens rond. De vraag wordt: 1 miljoen jaar is dat lang?

Feit: 1 miljoen jaar = duizend maal duizend jaar.

Duizend jaar geleden liepen in Europa de Noormannen rond

en twee duizend jaar geleden werd Christus gekruisigd.

±Vierduizend jaar geleden werden de piramiden gebouwd.

Bij de laatste 4 duizend jaar kunnen wij ons dus wat dingen voorstellen en dan lijkt het korter. Nu geld dat 1 miljoen = 250 keer 4 duizend. Je moet dus deze 4 duizend jaar nog 250 keer doorlopen om op 1 miljoen te komen. 250 is veel maar niet ontzaglijk veel, het is gevoelsmatig te overzien en zo lijkt een miljoen jaar te doen.

Echter je kunt ook zeggen: De laatste 4 duizend jaar zijn een beetje bekend maar dat wil zeggen dat er nog 996 keer duizend jaar voorbij moeten om aan 1 miljoen te komen en dan voelen deze 4 duizend jaar aan als een flinter dun tijd bestek. Hetgeen het ook inderdaad is. Ook al is het een feit dat in deze 4 duizend jaar de mensheid het meest veranderd is. Van piramide bouwers tot maanreizigers. Alhoewel in die 996 duizend jaar daarvoor werd de beheersing van het vuur, de pijl en boog en de stenen werktuigen bedacht en ook dit waren geen kleine uitvindingen.

Maar wat is de truc? 250 maal 4duizend bekende jaren lijken te doen en 996 keer duizend jaar lijkt eindeloos ook al zijn die laatste 4 duizend jaar iets bekend.

PAS OP: Dit laatste gevoelsmatig verkleinen wordt ook toegepast op kopen met afbetaling. Het bedrag ineens lijkt heel veel maar elke maand een flink bedrag en dan een aantal maanden dat te overzien is lijkt te doen. Ook al is dan vaker het maandelijkse bedrag maal het aantal maanden meer dan het bedrag ineens. Kort het gevoel en het verstand zijn het vaker niet eens.