BEZOEKERS SCHRIJVEN.

Link naar "Bezoekers schrijven" van eerder!

Mail: Piet van Toon Tel. 0475-591317.

Terug

Wat is er allemaal te doen in NEER? Wilt U dat weten, klik op deze link: "Agenda Neer"

Deze link is er om het: NIEUWS van NU en van EERDER! te zien.


2010 11 04 01. Nummer 0647.
Oud Neerenaar Twan Stemkens van An van Herrie van Mieabisse-Ties oet de Gaot.

Twan schrijft ons: Op 24 oktober 2010 werd op deze site onder de button “Bezoekers schrijven” aandacht besteed aan “Foto’s genomen aan de andere kant van de Maas”. Via een link konden de bezoekers genieten van een mooie serie foto’s van Asselt, gemaakt door Wiel aan den Boom. Op de 7e foto van die serie is het museumpje van Asselt te zien, wat sinds 1927 als zodanig in gebruik is. De blauw-witte luiken geven overigens aan dat deze gebouwen toebehoren aan het kasteel Hillenraedt te Boukoul. Deze kleuren worden ook nu nog gebruikt voor alle onroerende zaken die tot deze waterburcht behoren. Plaatselijk staat het gebouw, waarin het museum gevestigd is, ook bekend als het oude koetshuis en/of bakhuis. Als je even wat beter naar de betreffende foto kijkt, dan kan er op de gevel van dit pand een schildering van een grijze ezel waargenomen worden. Wat Wiel waarschijnlijk niet weet is dat deze ezel geschilderd is in 1931 en dat daarbij een oud-Neerenaar betrokken was, namelijk Mathis Stemkens. Hij was mijn opa, maar ook een oom van Wiel aan den Boom!

Hoe zit dit dan nu? 
In de jaren 1923-1931 werden in Asselt filmopnames gemaakt door een zekere D.J. van der Ven. Het tweede gedeelte van deze film handelt over een aantal oude gebruiken, o.a. het planten van de mei-den, aan de schampsteen zetten, maar ook het “ aezel aandrieve”. Dit laatste was een soort van volksgerecht (publieke afstraffing) en gebeurde “wanneer man en/of vrouw zich moreel misdragen hadden”, bijv. bij veelvuldige ruzie en huiselijk geweld. Het “aezel aandrieve” gold als de grootste schande die men kon overkomen. Onder veel kabaal, het ratelen met wielen, rammelen met potten, pannen en bellen etc. toog men naar het huis van de verdachten. Daar aangekomen schilderde men een grote ezel naast de deur. Door jarenlange praktijk had men in Midden-Limburg het middel uitgevonden om dit schandteken onuitwisbaar aan te brengen. De olieverf werd daartoe vermengd met karresmeer, teer en roet. Dit materiaal drong zelfs door de stenen, zodat het kon gebeuren dat de ezel te voorschijn kwam op de kamerwand! Het volgende versje getuigt hier van: 
Haet emes get ergs bedraeve Waerd hem de aezel aangedraeve 
En onger kaetelmeziek en groeat rumoer Unne aezel gesjilderd oppe moer 
Wo hae ’t weg, det vreselik teiken Kos met vaege nieks bereiken 
Det biel waerd den aangepakt 
En stein den oet de moer gehakt. 
Omdat van der Ven voornoemde gebruiken wilde filmen, werd besloten om deze in scene te zetten. De plaatselijke jonkheid vond zich hiertoe bereid en op zondag 28 juni 1931 zouden zij alles naspelen. Echter, zij besloten hier een heel festijn van te maken: met plakkaten werd de dag groots aangekondigd, wegen werden afgesloten en er werd 25 cent entree gevraagd. 

Van de opbrengst huurde de jonkheid later een bus en maakte een uitstapje naar Brussel. De eerste officiële vertoning van de film, getiteld “ Limburgse folklore in Asselt aan de Maas”, vond plaats op 7 december 1936 in Swalmen. Daarna werd de film nog vaak op andere plaatsen in het land vertoond. Gevolg was dat er veel toeristen een bezoek brachten aan Asselt, in sommige jaren telde het museum zelfs 35- tot 50.000 bezoekers. Op 7 januari 1937 trouwden prinses Juliana en prins Bernhard en werd een kopie van de film aangeboden ter gelegenheid van hun huwelijk. Zodoende is de film uiteindelijk terechtgekomen in het archief van de Rijksvoorlichtingsdienst in Den Haag. Welnu, Mathis Stemkens (1904-1976) vertrok, samen met een zekere van Herten die op Hanssum tot dan een pachtboerderij had, in 1931 naar Asselt, om daar weer als knecht op diens nieuwe pachtboerderij te gaan werken. Ook mijn opa moet lid zijn geworden van de jonkheid, mocht zodoende meedoen bij de opnames van de film en nam daarbij deel aan het “aezel aandrieve”. En zodoende was hij dus ook betrokken bij het schilderen van de ezel op de muur van het huidige streekmuseum. 

       

Mathias Stemkens.                                                                     Margaretha aan den Boom.

Mathis Stemkens woonde tot 1931 op de Baand in Neer, op de plek waar nu een kleine wei is, tussen de huidige panden Baand 4 en 6. Hij trouwde in 1934 met Margaretha aan den Boom (1905-1945). Zij was mijn oma en een tante van Wiel aan den Boom. Zij woonde vroeger op de Vlaas, het huis waar tot voor een aantal jaren geleden Jan aan den Boom (de rijschoolhouder) woonde. (Hoewel zijn naam anders doet vermoeden, is hij geen directe familie van Wiel of mijn oma.) Het “aezel aandrieve” (en andere volksgerechten) waren overigens bij de Nederlandse wet verboden. Maar vooral op de dorpen slaagde men erin om de veldwachter weg te lokken, zodat men vrij spel had. In het midden van de negentiger jaren van de 19e eeuw had te Neer ook een “aezel aandrieving” plaats waar nog vele decennia over gesproken werd. Dit gebeurde bij R., bijgenaamd Potte-Chris. (Het huis lag op de plaats waar dokter Windhorst zijn woning met praktijk had.) Toen kwam echter iemand van de jonkheid op het idee om “Lombok te gaan spelen”. (Het was in de tijd van de ongeregeldheden op het Oost-Indische eiland Lombok.) Dit liep behoorlijk uit de hand: Het halve huis, de ramen en een groot deel van de inboedel werden vernield. Zes jongelui kwamen in de gevangenis, een boer moest zijn pachthof verlaten en de burgemeester werd afgezet.Mijn overgrootvader, Mieabisse-Ties, speelde ook nog een kleine rol in de nasleep van die gebeurtenissen. Maar dat is iets voor een andere keer. Twan van An van Herrie van Mieabisse-Ties oet de Gaot. Bronnen: Asselt aan de Maas – Kerk en kasteel, boerenheem en volksleven in een Limburgse heerlijkheid – D.J. van der Ven, 1948. Limburgse folklore in Asselt aan de Maas – MHV Swalmen, 1984. Rondom het Leudal – De aezel aandrieve, Piet Abrahams. M.M.W. Stemkens. 

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX